Bakstenen liggen er natuurlijk niet. Maar door de kleiwinning in de Schalkwijker Buitenwaard komt klei vrij die steenfabrieken nodig hebben voor de productie van onder andere bakstenen. Door kleiwinning blijft de voorraad klei die nodig is voor de bouwopgave in Nederland op peil. Bovendien zorgen we met kleiwinning voor hoogwaterveiligheid én natuurontwikkeling. Hoe dat werkt, kwamen de leden van Vereniging Natuur en Milieu Wijk bij Duurstede (WNMW) vorige week met eigen ogen bekijken.
Excursie in het gebied
Vorige week verzamelden de leden van Vereniging Natuur en Milieu Wijk bij Duurstede zich op de Lekdijk West in Wijk bij Duurstede. Onze collega’s Wim Vermeule (Delgromij) en Jildert Hijlkema (K3 Gebiedsontwikkeling) namen de leden mee het gebied in voor een excursie.
Natuurontwikkeling door kleiwinning
De Schalkwijker Buitenwaard bestaat nu vooral uit graslanden. Dit gebied kan veel opleveren voor de natuur als de invloed van het rivierwater een kans krijgt. Door een deel van de klei af te graven, ontstaat een geul in het gebied. In mei 2023 zijn we met de werkzaamheden gestart. Delgromij (onderdeel van K3) voert het werk uit.
De klei die we in het gebied afgraven, gaat naar steenfabrieken. De steenfabrieken maken er bakstenen en dakpannen van voor de woningbouw in Nederland. In de Schalkwijker Buitenwaard begint dus de huizenbouw van de komende jaren. Hier liggen de bakstenen van de toekomst! Door de verkoop van de klei wordt de herinrichting gefinancierd. Daarmee besparen we maatschappelijke kosten én levert het nieuwe natuur op.
In verschillende fases graven we 4 tot 7 hectare af én leveren we tegelijkertijd een deel van het gebied op. De eerste fase is in de zomer van 2024 afgerond. Het eerste perceel is zo afgewerkt dat de natuur zich kan ontwikkelen.
Goede basis voor riviernatuur
De geul krijgt flauwe oevers. Deze oevers vormen een goede basis voor de ontwikkeling van (rivier)natuur. Doordat de geul op de rivier is aangesloten, kunnen in het gebied weer meer riviergebonden processen plaatsvinden zoals stroming, erosie en sedimentatie. Daardoor kan de natuur zich ontwikkelen en ontstaat er een gevarieerder gebied. De dijkzone en enkele hogere delen blijven kruidenrijk grasland en weidevogelgebied, terwijl andere delen van het gebied natter en moerassiger worden en dus geschikt voor watervogels.
Het is mooi om te zien dat riviernatuur zich zo snel ontwikkelt. In de aanzet voor de nieuwe geul zwom al een dodaars, de kleinste fuut die in ons land voorkomt. En meerdere roodborsttapuiten en een sperwer die het op een groep spreeuwen had voorzien.
Wij maken omwonenden en belangstellenden altijd graag deelgenoot van de ontwikkelingen via een veldbezoek. Zo ook de leden van WNMW.